Het strategisch project zet in op hernieuwbare energie als hefboom voor een klimaatbestendig Pajottenland en vertrekt hierbij vanuit de vraag: ‘wat is (kan) de rol (zijn) van hernieuwbare energie (HE) als katalysator voor de gebiedsgerichte ontwikkeling van klimaatbestendigheid en ruimtelijke kwaliteit in een landelijke regio’.
Een integrale en gebiedsgerichte benadering van HE, klimaat en ruimte door het opzetten van partnerschappen staat voorop. Dit gebeurt via een collaboratieve aanpak van energietransitie, door procesbegeleiding bij de ontwikkeling van een bovenlokale gebiedsgerichte visie op hernieuwbare energie en ondersteuning bij het opzetten van partnerschappen voor gebiedsgerichte coproducties. Partners hierin kunnen zowel lokaal als bovenlokaal uit beleid, middenveld, privé of burgers komen. Dit sluit aan op de doelstelling ‘Geïntegreerde gebiedsontwikkeling als motor voor samenwerking’ uit het Witboek BRV.
Het strategisch project start vanuit het uitgangspunt ‘het landschap als fundament voor een klimaatbestendig Pajottenland’. Van hieruit wordt gefocust op drie strategische thema’s die onderling doorwerken in elkaar:
- Ruimte voor hernieuwbare energie
- Kernversterking
- Klimaatadaptieve open ruimte
Dit sluit naadloos aan bij de ruimtelijke principes van het Witboek BRV, onder multifunctioneel ruimtegebruik en verwerving, samenhang vanuit energie en samenhangende veerkrachtige (open) ruimte.
‘Landschap als fundament voor een klimaatbestendig Pajottenland’
Dit deel zal vertrekken vanuit het landschap als basis en structuurgever voor verdere ruimtelijke ontwikkeling behoort tot de kern van het ruimtelijk beleid. Een ruimtelijk planner is niet louter dialoogmaker, maar ook mede-vormgever van het landschap. Voor de inbedding van HE en doorgroei naar een klimaatbestendig Pajottenland zijn landschappelijke draagkracht en het betrekken van inwoners een basiswaarde en landschapszorg een middel.
‘Ruimte voor hernieuwbare energie’
Vernieuwende beleidskaders rond energie, klimaat en ruimte eisen een plaats op voor HE in het Vlaamse landschap. De energiekansenkaart duidt een groot technisch potentieel voor HE in het Pajottenland. Tegelijkertijd is er nood aan de ontwikkeling van een bovenlokale gebiedsgerichte visie op ‘Energielandschap Pajottenland’. Het ruimtelijk beleid op bovenlokaal niveau heeft hier een regierol op te nemen, voor het aftoetsen van wensen en doelstellingen rond HE en klimaat met de landschappelijke draagkracht en voor het vinden en opzetten van partnerschappen.
‘Kernversterking’
Het zoeken naar een plaats voor hernieuwbare energie kan aangegrepen worden op het versterken van nabijheid en herkenbaarheid. Fijnmazige groenblauwe dooradering van dorpskernen of de opstart van een lokale energiecoöperatie op schaal van een woonwijk flankeren inspanningen rond energiereductie (isolatie) en HE-productie (zonne-energie, ondiepe geothermie) op woningniveau.
‘Klimaatadaptieve open ruimte’
Voor het ontwikkelen van een klimaatbestendig landschap is een klimaatadaptieve open ruimte cruciaal. Het versterken van een robuust open ruimtenetwerk in het buitengebied en het doorwerken hiervan via een fijnmazig groenblauwe dooradering tot in de meer intensief bebouwde ruimte zorgt voor een landschappelijke ruggengraat. Hierbij gaan ontwikkeling, inrichting en het beheer hand in hand.